Begroting 2020

Financiën

Speerpunt 2 - Op een efficiënte manier gemeentelijke heffingen innen

Speerpunt 2 - Op een efficiënte manier gemeentelijke heffingen innen

We voeren de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) en het heffen en innen van belastingen zo efficiënt mogelijk uit.

Activiteit

Toelichting

2.1 - Migratie van waardering van de inhoud van woningen naar oppervlakte.

De komende jaren zal moeten worden uitgekristalliseerd hoe met deze nieuwe landelijke norm de waardering zo nauwkeurig mogelijk kan plaatsvinden.

2.2 - Toewerken naar meer samenhang in de objectenadministratie.

Dat betreft BAG (basisregistratie Adressen en Gebouwen), WOZ en BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie).

2.3 - Onderzoek naar beleid en lasten en baten van afval in relatie tot de kostendekkendheid en tarieven.

Voor de begroting 2020 en verder zijn de lasten en baten op basis van het bestaande beleid volgens kostendekkendheid benaderd.

2.4 - We laten de lokale lasten niet meer stijgen dan de inflatie

De door het Rijk ingevoerde benchmark woonlasten vervangt de macronorm onroerende zaakbelasting (OZB). Ons beleid is om de OZB maximaal met de inflatie te laten stijgen, voor zover dat de macronorm van het Rijk niet overstijgt. Was de macronorm lager dan de inflatie dan werd de macronorm toegepast. Voor 2020 past het Rijk een correctiepercentage van 2,4% toe voor de opbrengsten OZB. Dat bedrag wordt in mindering gebracht op de algemene uitkering. In Noordoostpolder hanteren we voor 2020 een inflatiepercentage van 1,4%. Daarmee zou per saldo tekort zou ontstaan van 1% op de structurele meerjarenbegroting. Daarom verhogen we de OZB-tarieven met 2,4%. Daardoor is het effect op de begroting nihil.